Woxikon / Verbos / Neerlandés / S / spuien

NL Conjugación en Neerlandés de spuien

Total de formas verbales: 52
Imperativos y participios
Tegenwoordig en verleden deelwoord spuiend
Tegenwoordig en verleden deelwoord gespuid
Tipo ik jij hij/zij/het wij jullie zij
Presens spui spuit spuit spuien spuien spuien
Imperfect spuide spuide spuide spuiden spuiden spuiden
Toekomende tijd I zal spuien zult spuien zal spuien zullen spuien zullen spuien zullen spuien
Conditionalis I zou spuien zou spuien zou spuien zouden spuien zouden spuien zouden spuien
Perfectum heb gespuid hebt gespuid heeft gespuid hebben gespuid hebben gespuid hebben gespuid
Voltooid verleden tijd had gespuid had gespuid had gespuid hadden gespuid hadden gespuid hadden gespuid
Toekomende tijd II zal gespuid hebben zult gespuid hebben zal gespuid hebben zullen gespuid hebben zullen gespuid hebben zullen gespuid hebben
Conditionalis II zou hebben gespuid zou hebben gespuid zou hebben gespuid zouden hebben gespuid zouden hebben gespuid zouden hebben gespuid
Imperatief - spui - - spuit -

Verbos similares a spuien

Verbos conjugados anteriores y posteriores a spuien

« spuien »

Otras acciones para spuien