NL Verbos conjugados en Neerlandés por la letra M
- maaibenen ... malingeren
- mallen ... marcotteren
- marginaliseren ... matematiseren
- matematizeren ... mededelen
- mededingen ... meebeslissen
- meebesturen ... meefietsen
- meefinancieren ... meelokken
- meelopen ... meeschreeuwen
- meesjouwen ... meetronen
- meevallen ... meezingen
- meezitten ... mennen
- menstrueren ... meubileren
- meuken ... mikrofilmen
- milderen ... misdelen
- misdoen ... mislopen
- mislukken ... misstoten
- mistasten ... modderen
- modelleren ... mollen
- molmen ... morrelen
- morren ... muggenziften
- muggeziften ... mythiseren
- mythizeren ... mêleren